Blog - Diabetes Informatie
Bloedglucosespiegel: normaal bereik en testen
Ons lichaam is afhankelijk van zowel glucose als insuline om te overleven. We nemen glucose op uit het voedsel dat we eten en vervolgens zorgt insuline uit de alvleesklier ervoor dat onze cellen deze glucose kunnen gebruiken om energie te genereren. Bij diabetes is dit proces verstoord en hebben de cellen onvoldoende of geen toegang tot glucose. Als gevolg hiervan hoopt glucose zich op in de bloedbaan, wat leidt tot een hoge bloedglucosespiegel.
Er zijn verschillende redenen waarom dit kan gebeuren. Bij diabetes type 1 produceert de alvleesklier geen of erg weinig insuline. Mensen met diabetes type 1 moeten regelmatig insuline injecteren, zodat hun cellen de circulerende glucose kunnen gebruiken. Bij diabetes type 2 maakt het lichaam niet voldoende insuline aan of worden de cellen resistent tegen insuline, wat een hoge bloedglucosespiegel veroorzaakt.1
Systemen voor continue glucosemonitoring (CGM), zoals Dexcom realtime CGM-systemen, kunnen het voor mensen met diabetes eenvoudiger maken om hun glucose te volgen. De automatische sensormetingen helpen om binnen het streefbereik te blijven. CGM-systemen meten glucose in de interstitiële vloeistof en vervangen zo de traditionele vingerpriktests‡ waarmee de bloedglucosespiegel wordt gemeten2-4
‡ Komen je symptomen of verwachtingen niet overeen met de gemeten waarden? Dan is vingerprikken noodzakelijk om behandelbeslissingen te kunnen nemen.
Wat is een normale bloedglucosespiegel?
Je bloedglucosespiegel schommelt gedurende de dag en wordt beïnvloed door verschillende factoren. Bijvoorbeeld wanneer en wat we eten, alcoholgebruik, lichaamsbeweging en stress. Het is normaal om na het eten een verhoogde bloedglucosespiegel te hebben, hoewel het lichaam bij niet-diabetische mensen de bloedglucose doorgaans stabiel en binnen een gezond bereik houdt.
In Nederland wordt de bloedglucose gemeten in millimol per liter (mmol/l). Gewoonlijk blijft de normale bloedglucosespiegel bij niet-diabetische mensen stabiel tussen 4 mmol/l en 6 mmol/l.5
Optimale bloedglucosespiegels voor mensen met diabetes
Als je diabetes type 1 of type 2 hebt, kan je streefbereik voor bloedglucose variëren afhankelijk van verschillende factoren waaronder leeftijd, algehele gezondheid, onderliggende aandoeningen, zwangerschap of religieus vasten.
Je diabetesspecialist of zorgverlener zal een streefbereik voor je instellen. De geaccepteerde bloedglucosestreefwaarden voor niet-zwangere volwassenen met diabetes type 1 of type 2, die echter alleen als richtlijn zijn bedoeld, zijn:6,§
- Vóór een maaltijd (preprandiaal): 4,5 mmol/l – 8 mmol/l
- 1-2 uur na het eten (postprandiaal): <9 mmol/l
Hoe wordt de bloedglucosespiegel traditioneel getest?
Er zijn verschillende manieren om de bloedglucosespiegel te testen, elk met hun eigen toepassingen en beperkingen.
HbA1c test
Hemoglobine A1C (HbA1c) staat bekend als geglyceerd hemoglobine en is de hemoglobinefractie in je rode bloedcellen waaraan suiker is gebonden. De HbA1c-test meet deze fractie en is een goede biomarker voor je gemiddelde bloedglucosespiegel gedurende de voorafgaande drie maanden. Hoe hoger je HbA1c-resultaat, hoe hoger je gemiddelde bloedglucosespiegel. Op basis van de HbA1c werd de geschatte gemiddelde glucose (eAG) of glucosemanagementindicator (GMI) geïntroduceerd7, die de HbA1c vertaalt in een gemiddelde spiegel op basis van de metingen van je CGM. Anders dan bloedglucosetests die een momentopname van de bloedsuikers maken, geven de HbA1c en eAG/GMI een breder beeld van je glucosespiegel, waardoor artsen patronen en vroege tekenen van diabetes kunnen herkennen.
Het is belangrijk om op te merken dat de GMI waarschijnlijk zal verschillen van de HbA1c.
Nuchtere bloedglucosetest
Een nuchtere bloedglucosetest is een bloedtest die 's ochtends vroeg (vóór eten of drinken) wordt gedaan om je bloedglucosespiegel na een nacht vasten te controleren. Idealiter zou je bloedglucose binnen normale parameters moeten blijven. Deze test helpt om de effectiviteit van je huidige diabetesmanagement te beoordelen.
Glucosetolerantietest
Bij een glucosetolerantietest worden bloedglucosespiegels gecontroleerd na een nacht vasten en daarna opnieuw 1-2 uur na het drinken van een glucoserijke drank. Je arts zal de twee resultaten vergelijken om te bekijken hoe je lichaam vóór en na consumptie van glucose reageert.
Willekeurige bloedglucosetest/vingerprikken
Je kunt op elk gewenst moment een willekeurige bloedglucosetest uitvoeren om je bloedglucosespiegel te controleren zonder te hoeven vasten. Hiermee kunnen mensen met diabetes regelmatig hun bloedglucose testen en onder controle houden zonder een kliniek of zorginstelling te bezoeken. CGM-systemen meten de glucose onder de huid in het lichaamsweefsel en vervangen vingerprikken‡ (willekeurige bloedglucosetests) als de opkomende nieuwe standaardzorg.2-4
‡ Komen je symptomen of verwachtingen niet overeen met de gemeten waarden? Dan is vingerprikken noodzakelijk om behandelbeslissingen te kunnen nemen.
Glucosespiegeltabellen
De volgende tabel toont de typische parameters per bloedglucosetest8,§.
Normaal | Prediabetes | Diabetes | |
HbA1c-test | <5,7% | 5,7 - 6,5% | >6,5% |
Nuchtere bloedglucosetest | <5,5 mmol/L | 5.5 mmol/L – 7 mmol/L | >7,0 mmol/L |
Glucosetolerantietest | <7,8 mmol/L | 7,8 mmol/L – 11,1 mmol/L | >11,1 mmol/L |
Willekeurige bloedglucosetest | N.v.t. | N.v.t. | >11,1 mmol/L |
Wat is een gezond bereik van de bloedglucosespiegel voor mensen jonger dan 18 met diabetes type 1?
Diabetesmanagement voor kinderen en jongeren verschilt significant van die van volwassenen met diabetes9. Volgens NICE-richtlijnen* toont de volgende glucosetabel de ideale bloedglucoseparameters bij kinderen jonger dan 18 met diabetes type 14, §:
Bloedglucosespiegel vóór het eten (preprandiaal) | Bloedglucosespiegel 1-2 uur na het eten (postprandiaal) |
4,0 - 7,0 mmol/L | <9,0 mmol/L |
* Vraag je arts naar de lokale richtlijnen.
Lichaamsbeweging is goed voor de algehele gezondheid van mensen met diabetes type 110. Het kan echter ook invloed hebben op je bloedglucosespiegel en hypoglykemie of hyperglykemie veroorzaken. Kinderen moeten hun glucosespiegels vaker controleren dan volwassenen, met name tijdens en na lichaamsbeweging. Het advies hiervoor is om dit elke 30 minuten te doen.11
Een Dexcom CGM kan kinderen en jongeren met diabetes type 1 helpen om de glucoseregulatie te verbeteren en het risico op hypoglykemie, hyperglykemie of diabetische ketoacidose te verminderen.
Wat is een gezond bereik van de bloedglucosespiegel voor mensen jonger dan 18 met diabetes type 2?
Kinderen met diabetes type 2 kunnen vatbaarder zijn voor gezondheidscomplicaties zoals:12
- Obesitas
- Ketose (verhoogde spiegels van ketonen in bloed of urine. Je kunt de spiegels thuis of samen met je zorgverlener controleren)
- Hypoglykemie of hyperglykemie
- Hyperosmolaire hyperglykemische staat (HHS)
Gezond eten en regelmatig bewegen kunnen mensen met diabetes type 2 helpen om hun aandoening onder controle te houden en een optimale gezondheid te behouden.
Zowel kinderen als jongeren met diabetes type 2 wordt geadviseerd om regelmatig HbA1C-tests te laten doen, om de effectiviteit van hun huidige diabetesmanagement te controleren. Artsen beoordelen deze testresultaten (samen met levensstijl- en gezondheidsfactoren) om de patiënt te ondersteunen en een behandelplan op te stellen10.
Door NICE* worden voor kinderen en jongeren de volgende HbA1c-spiegels aanbevolen13,§:
- HbA1c-spiegel <53 mmol/mol (<7%) is een redelijke streefwaarde voor de meeste kinderen en jongeren die alleen orale medicatie gebruiken
- HbA1c-spiegel <48 mmol/mol (<6,5%) kan een geschikte streefwaarde zijn als dit geen significant risico op hypoglykemie of andere nadelige behandelingseffecten met zich meebrengt
- HbA1c-spiegel 58 mmol/l (7,5%) of in de buurt daarvan als er een verhoogd risico op hypoglykemie bestaat
* Vraag je arts naar de lokale richtlijnen.
Belangrijk: In alle gevallen moeten glucosestreefwaarden met je diabetesspecialist worden afgesproken.
Frequente glucosecontrole thuis is essentieel voor effectieve diabeteszorg. Het Dexcom-systeem voor continue glucosemonitoring helpt mensen met diabetes type 2 om hun glucosespiegel te controleren en beheersen10.
Bereik van de bloedglucosespiegel tijdens zwangerschap
Als je verloskundige of arts denkt dat je risico loopt op zwangerschapsdiabetes, zal hij/zij jou een screeningstest aanbieden wanneer je 24-28 weken zwanger bent. Een hoge uitkomst kan wijzen op zwangerschapsdiabetes, een specifiek type diabetes dat optreedt tijdens zwangerschap.
Volgens NICE* zijn de streefwaarden voor de bloedglucosespiegel tijdens zwangerschap voor vrouwen met elk type diabetes13,§:
Bloedglucosespiegel vóór het eten (preprandiaal) | Bloedglucosespiegel 2 uur na het eten (postprandiaal) |
<5,3 mmol/L | <11,1 mmol/L |
* Vraag je arts naar de lokale richtlijnen.
Vind het Dexcom CGM-systeem dat bij jou past
Dexcom-systemen voor continue glucosemonitoring zijn ontworpen om diabetesmanagement makkelijker en veiliger te maken, ongeacht je leeftijd, levensstijl, dagelijkse routine of gezondheidstoestand.
Het is bewezen dat Dexcom CGM-systemen de glykemische regulatie verbeteren.10,14-18 Het gebruik van CGM voor mensen met diabetes tijdens zwangerschap wordt aanbevolen om het risico op complicaties te verminderen.10 Verkrijg nauwkeurige||, realtime glucosewaarden, stel waarschuwingen in en deel¶ je resultaten met familie of vrienden, zonder de noodzaak van vingerprikken.†,‡
‡ Komen je symptomen of verwachtingen niet overeen met de gemeten waarden? Dan is vingerprikken noodzakelijk om behandelbeslissingen te kunnen nemen.
Literatuurverwijzing en voetnoten
‡ Komen je symptomen of verwachtingen niet overeen met de gemeten waarden? Dan is vingerprikken noodzakelijk om behandelbeslissingen te kunnen nemen.
* Het National Institute for Health and Care Excellence (NICE) is een in het Verenigd Koninkrijk gevestigde organisatie. Vraag je arts naar de lokale richtlijnen voor de hier gepresenteerde waarden.
|| Raadpleeg de handleiding van Dexcom G6, Dexcom ONE of Dexcom G7.
¶ Om een gebruiker te kunnen volgen, zijn een internetverbinding en gebruik van de Dexcom Follow-app vereist. Dexcom Follow is alleen beschikbaar op de Dexcom G6 en G7.
† Display-apparatuur wordt apart verkocht. Ga voor een lijst met compatibele smartapparaten naar www.dexcom.com/compatibility.
1 Centers for Disease Control and Prevention. What is Diabetes? Bijgewerkt op 5 september 2023. Geraadpleegd op 15 januari 2024.
2 NICE. Type 1 diabetes in adults: diagnosis and management NICE guideline [NG17]. Bijgewerkt op 17 augustus 2022. Geraadpleegd op 10 januari 2023. NICE.
3 NICE. Type 2 diabetes in adults: management NICE guideline [NG28]. Bijgewerkt op 29 augustus 2022. Geraadpleegd op 10 januari 2023. NHS.
4 NICE. Diabetes (type 1 and type 2) in children and young people: diagnosis and management NICE guideline [NG18]. Bijgewerkt op 29 augustus 2022. Geraadpleegd op 10 januari 2023. NICE.
5 Mathew TK, et al. Blood Glucose Monitoring. StatPearls Publishing. Bijgewerkt op 8 augustus 2022. Geraadpleegd op 10 januari 2022. National Library of Medicine.
6 American Diabetes Association. The Big Picture: Checking Your Blood Glucose. Geraadpleegd op 10 januari 2023. Diabetes.org.
7 Klonoff DC. ADAG Study Group Data Links A1C Levels with Empirically Measured Blood Glucose Values- New Treatment Guidelines Will Now be Needed. J Diabetes Sci Technol. 2014;8(3):439-443.
8 Centers for Disease Control and Prevention. Diabetes Tests. Bijgewerkt op 10 augustus 2021. Geraadpleegd op 10 januari 2023. CDC.
9 Iyengar J, et al. Transition from pediatric to adult care in emerging adults with type 1 diabetes: a blueprint for effective receivership. 2019;5(3). Clinical Diabetes and Endocrinology.
10 Martens T, et al. Effect of continuous glucose monitoring on glycemic control in patients with type 2 diabetes treated with basal insulin: A randomized clinical trial. JAMA. 2021;325(22):2262-2272.
11 Mayo Clinic. Diabetes and exercise: When to monitor your blood sugar. Bijgewerkt op 20 januari 2022. Geraadpleegd op 10 januari 2023. Mayo Clinic.
12 Diabetes Care. 13. Children and Adolescents: Standards of Medical Care in Diabetes—2021.2021;44(1): S180-S199. American Diabetes Association.
13 NICE. Diabetes in pregnancy: management from preconception to the postnatal period ([NG3]. Bijgewerkt op 16 december 2020. Geraadpleegd op 10 januari 2023. NICE.
14 Beck RW, et al. Effect of continuous glucose monitoring on glycemic control in adults with type 1 diabetes using insulin injections: The DIAMOND randomized clinical trial. JAMA. 2017;317(4):371-378.
15 Beck RW, et al. Continuous glucose monitoring versus usual care in patients with type 2 diabetes receiving multiple daily insulin injections: A randomized trial. Ann Intern Med. 2017;167(6):365-374.
16 Šoupal J, et al. Glycemic Outcomes in Adults with T1D Are Impacted More by Continuous Glucose Monitoring Than by Insulin Delivery Method: 3 Years of Follow‐Up from The COMISAIR Study. Diabetes Care. 2020;43:37-43.
17 Welsh JB, et al. Comparisons of Fifth-, Sixth-, and Seventh-Generation Continuous Glucose Monitoring Systems. J Diabetes Sci Technol. 2022:19322968221099879.
18 Lind M, et al. Continuous Glucose Monitoring vs Conventional Therapy for Glycemic Control in Adults With Type 1 Diabetes Treated With Multiple Daily Insulin Injections: The GOLD Randomized Clinical Trial. JAMA. 2017;317(4):379-387.
* Het National Institute for Health and Care Excellence (NICE) is een in het Verenigd Koninkrijk gevestigde organisatie. Vraag je arts naar de lokale richtlijnen voor de hier gepresenteerde waarden.
|| Raadpleeg de handleiding van Dexcom G6, Dexcom ONE of Dexcom G7.
¶ Om een gebruiker te kunnen volgen, zijn een internetverbinding en gebruik van de Dexcom Follow-app vereist. Dexcom Follow is alleen beschikbaar op de Dexcom G6 en G7.
† Display-apparatuur wordt apart verkocht. Ga voor een lijst met compatibele smartapparaten naar www.dexcom.com/compatibility.
1 Centers for Disease Control and Prevention. What is Diabetes? Bijgewerkt op 5 september 2023. Geraadpleegd op 15 januari 2024.
2 NICE. Type 1 diabetes in adults: diagnosis and management NICE guideline [NG17]. Bijgewerkt op 17 augustus 2022. Geraadpleegd op 10 januari 2023. NICE.
3 NICE. Type 2 diabetes in adults: management NICE guideline [NG28]. Bijgewerkt op 29 augustus 2022. Geraadpleegd op 10 januari 2023. NHS.
4 NICE. Diabetes (type 1 and type 2) in children and young people: diagnosis and management NICE guideline [NG18]. Bijgewerkt op 29 augustus 2022. Geraadpleegd op 10 januari 2023. NICE.
5 Mathew TK, et al. Blood Glucose Monitoring. StatPearls Publishing. Bijgewerkt op 8 augustus 2022. Geraadpleegd op 10 januari 2022. National Library of Medicine.
6 American Diabetes Association. The Big Picture: Checking Your Blood Glucose. Geraadpleegd op 10 januari 2023. Diabetes.org.
7 Klonoff DC. ADAG Study Group Data Links A1C Levels with Empirically Measured Blood Glucose Values- New Treatment Guidelines Will Now be Needed. J Diabetes Sci Technol. 2014;8(3):439-443.
8 Centers for Disease Control and Prevention. Diabetes Tests. Bijgewerkt op 10 augustus 2021. Geraadpleegd op 10 januari 2023. CDC.
9 Iyengar J, et al. Transition from pediatric to adult care in emerging adults with type 1 diabetes: a blueprint for effective receivership. 2019;5(3). Clinical Diabetes and Endocrinology.
10 Martens T, et al. Effect of continuous glucose monitoring on glycemic control in patients with type 2 diabetes treated with basal insulin: A randomized clinical trial. JAMA. 2021;325(22):2262-2272.
11 Mayo Clinic. Diabetes and exercise: When to monitor your blood sugar. Bijgewerkt op 20 januari 2022. Geraadpleegd op 10 januari 2023. Mayo Clinic.
12 Diabetes Care. 13. Children and Adolescents: Standards of Medical Care in Diabetes—2021.2021;44(1): S180-S199. American Diabetes Association.
13 NICE. Diabetes in pregnancy: management from preconception to the postnatal period ([NG3]. Bijgewerkt op 16 december 2020. Geraadpleegd op 10 januari 2023. NICE.
14 Beck RW, et al. Effect of continuous glucose monitoring on glycemic control in adults with type 1 diabetes using insulin injections: The DIAMOND randomized clinical trial. JAMA. 2017;317(4):371-378.
15 Beck RW, et al. Continuous glucose monitoring versus usual care in patients with type 2 diabetes receiving multiple daily insulin injections: A randomized trial. Ann Intern Med. 2017;167(6):365-374.
16 Šoupal J, et al. Glycemic Outcomes in Adults with T1D Are Impacted More by Continuous Glucose Monitoring Than by Insulin Delivery Method: 3 Years of Follow‐Up from The COMISAIR Study. Diabetes Care. 2020;43:37-43.
17 Welsh JB, et al. Comparisons of Fifth-, Sixth-, and Seventh-Generation Continuous Glucose Monitoring Systems. J Diabetes Sci Technol. 2022:19322968221099879.
18 Lind M, et al. Continuous Glucose Monitoring vs Conventional Therapy for Glycemic Control in Adults With Type 1 Diabetes Treated With Multiple Daily Insulin Injections: The GOLD Randomized Clinical Trial. JAMA. 2017;317(4):379-387.